woensdag 11 februari 2015

De bunker

Post. Ik hoor de brievenbus klepperen.
  In mijn hoofd natuurlijk, want waar ik ben, komt geen post. Er zijn geen deuren, laat staan brievenbussen.

De hoofdingang heeft wel een deur. Nou ja, een poort eigenlijk. De poort waar ik vier dagen geleden voor heb gestaan. Minstens een kwartier, maar eerder een half uur. Spullen zijn niet toegestaan; je neemt niets mee als je door de poort loopt. Dat wist ik, uit de folder, dus mijn horloge had ik thuis gelaten.

Dat je ook je kleren uit moet trekken, stond er niet in. Verrassend was dat: naakt onder de stenen boog door, om vervolgens een groene jurk aangereikt te krijgen. Door een man, dat vond ik wel een misser. Maar ik ben niet dit hele eind gereisd om bij de eerste tegenslag al op te geven.


Een baby huilt.
  Ook in mijn hoofd, want kinderen zijn verboden. Je moet iedereen achterlaten om hier te zijn. Zodat er uiteindelijk meer voor in de plaats komt, zegt de folder.
  Niet goed, geld terug.

Wat ik het meest ga missen? Niet het luisteren, in ieder geval. Het praten nog minder.
  De kinderen ongetwijfeld. Hoewel ik nu al niet goed meer weet hoe ze eruitzien. Een meisje en een jongen, allebei even oud. Snot op hun bovenlip, hoe vaak je er ook een snoetenpoetser overheen haalt.
  Ik kom hier niet om te denken. Een leeg hoofd brengt verlichting. En verlichting is goed. Schijnt.

De negende van Beethoven, kraakhelder. Niet meer dan een echo.
  Ik weet nog dat ik voor het eerst naar een concert ging. Al maandenlang in de ban van klassieke muziek, mijn nieuwste ontdekking. En toen eindelijk naar Het Concertgebouw. Na het geweld in mijn koptelefoon leek de muziek opeens van heel ver te komen. Alle Menschen werden BrĂ¼der, maar dan minder overtuigend.

De binnenplaats staat blank. Betonnen platen, schots en scheef. Eroverheen een laagje bruinig water uit de rivier. Zomaar gratis door de poort de bunker binnengestroomd. Nou ja, bunker.

Vandaag voor het eerst in de groep geweest. Zonder te praten of te luisteren. Kijken mag wel, maar niet rechtstreeks. Niet te actief of opvallend.
  De stilte brengt een heel nieuw geluid met zich mee. Een soort gezoem in mijn oren. Droog gezoem. Zelfs buiten op het plein is niets te horen. Geen vogels, geen verkeer, of ruisende bomen. Nu begrijp ik de naam 'bunker'.
  Geen kuchje, geen zucht of binnenpretje; de groep was volledig stil. Het maakte dat ik me ongemakkelijk voelde, bang om zelf geluid te maken. Op zulke momenten krijg ik geheid de slappe lach. Ik kon me geen seconde concentreren op mijn diepere lagen. Zelfs niet toen ik deed alsof ik sliep. Kin op mijn borst, ogen gesloten.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten